De maansbaan staat in het algemeen onder een bepaalde hoek ten opzichte van de aardbaan om de zon. Hierdoor staan de zon, aarde en maan vrijwel nooit echt op één lijn. Als dit wel het geval is, dan doet zich een maans- of zonsverduistering voor. Het zonsgetij, met een periode van 12 uur, haalt het maansgetij, met een periode van 12 uur en 25 minuten, voortdurend in. Dit zorgt ervoor, dat het maansgetij last krijgt van een zweving: het wordt periodiek versterkt en verzwakt. Het heeft tevens een effect op de timing van het getij. Tussen springtij en doodtij heeft het zonsgetij een vervroegend effect op het getij, tussen doodtij en springtij een vertragend effect. |